Jannetje Gerrits Schaap
Jannetje Gerrits Schaap,
geb. op 24-09-1713 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 24-09-1713 te Huijsen; buitenechtelijk kind,
, -
Huizen-DTB-1A-Dopen; 24-09-1713; Jannetje; v. Gerrit Schaap, m: Judik Jansz
-
Huizen-Kerkeraad-Folio 193 (58); 21-12-1713:
... ons voorgecomen de Attestatie van Monsr. Gerrit
Schaep van Amsterdam en die van sijn Huijsvrouw
Jannetje van Oostveen vanBreukelen, sijnde
de Laeteste, als niet volleedig, verworpen, en weerom geson-
den, dog egter haer de Communie van 's Heeren Avont-
mael voor dese Reijse toegestaen, met beding van de
volgende bedieninge, Een als dan volleedige te sullen
hebben medegebragt: En wat de Eerste belangt,
dese is wel volleedig bevonden en derhalve ook als soo-
danig aengenomen; Edoch vermits de E: kerkenraad van Amster-
dam, van 't delict van dese Gerrit Schaep voornt.
(hier in bestaende, dat hij een seekere Jonge dogter Judikje
Jansz: hier woonagtig, bevrugt en egter schandelijk verla-
Ten, en een ander, sijn huijvrouw boven gemelt, getrouwt
heeft) t'eenenmael onkundig is geweest, dewijl se hem an-
ders, sonder behoorlijke boete gedaen en kerkelijke Censure
ondergaen te hebben, buijten twijfel sulken Attestatie
niet vergunt souden hebben; soo hebben wij kerkenraed
en opsienders der gemeijnte J.C. alhier, na rijke deli-
beratie in des Heeren weege, goetgevonden en ook beslo-
ten, dat hij Gerrit Schaep om sijn voorgenoemde Schan-
delijk delict voor dese Reijse tot het gebruijk van 's Hee-
ren Avontmael niet sou werden toegelaten; waarop verder
ook ons geconcludeert en besloten is om beneffens mij
Predikant met de twee oudste ouderlingen, Jacob Killewig en
Freek Pietersen na sijnen huijse te gaen en te sien
of hem dit delict van harten liedf was. so Ja, dat hij
de volgende Bedieninge daer op dat des Heeren Avontmael
sou werden toegelaten; En dewijle wij op vorige Resolutie
tot hem gekomen sijnde, tot onse teregte verheugingen
sulken hartelijke Confessie van berouw en Leedwesen
met belofte van sig voortaen, soo veel in hem was als Lede-
maet des Heeren Waerdig te sullen gedragen uijt
sijn Eer: monde gehoort hebben, soo hebben wij hem
tot de volgende Communie van 'Heeren Avondmael
toegelaten.
-
ORA-184-3177; 14-05-1716: Tot voogden over het nagelaten kind van Judick Jans ( DOORGEHAALD: althans getrouwd met Swaningh Tijmensz) werden gestelt Jacob Tijmensz en Lambert Hendricksz Visser
-
ORA-184-3216A029; 15-05-1716: Judick Jans hebbende een natuijrlick kind, genaemt Jannetje oud ontrent 3 Jaren ter eenre en Jacob Tijmensz en Lambert Hendricksz Visser als vooghden; aen haer kind schuldigh: f 700
-
ORA-184-3218A078; 11-07-1732: Jacob Jacobsz Glijn en Antonij Duurkant als voogden over het minderjarige kind van Judit Jans, geheten Jannetje, te kennen gevende dat de oude voogden Jacob Tijmensz en Lambert Hendriksz Visser sijn overleden, sij
comparanten van de weduwen van voorn. oude voogden hadden ge-eist reeckeening en bewijs van administratie, sij die hadden ontvangen van Aaltje Jans weduwe Jacob Tijmensz en van Ariaantje Jans weduwe van Lambert Hendriksz Visser alsmede een
obligatie van f 100 ten laste van Swaning Tijmensz en f 600 contant geld.- Vader:
Mr. Gerrit Jacobsz Schaap, zn. van Jacob Philipsz ( Phlipsen) Schaap en Jannetien Gerrits ,
geb. op 30-03-1692 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1715-40,
ged. op 30-03-1692 te Huijsen,
Naarden S+L, 3712,
Lidm-5A: 01-04-1714: attestatie van Amsterdam,
ovl. op 06-03-1721 te Huijsen; DTB-20; Koptienden Laatste: 1724-40,
begr. op 06-03-1721 te Huijsen; DTB-12-Begraven- Impost: f 6,-,
, -
GERRIT SCHAAP
Huizen Koptienden (1715-40 1724-40):
1715-40: v. Gerrit Tijmensz Horre 8 Spt 3 cop 1/2
1718-40: v. Geertje Jan Rutten 3 cop
t/m 1720-40: Situatie: 8 Spt 6 cop 1/2
1721-40: Romijns op Numeriek Er staat: 8 Spt 7 cop
1722-40: op Ds Jacobus v. Hoorn 3 cop
- Situatie: 8 Spt 4 cop
1723-40: op dHr Jacobus van Hoorn 3 cop
- Situatie: 8 Spt 1 cop
1724-40: op Gerrit Plood van Amstel 8 Spt 1 cop
- als in huwelijk hebbende de weduwe
- van Gerrit Schaap
- op Ds.Jacobus van Hoorn 3 cop
- D.w.z. Situatie: 7 Spt 6 cop
-
ORA- 184-3214A031; 20-06-1698: Akte van scheiding. Jan Hendricksz Fit en Geertje Lubberts in haar leven eghteluijden wonende tot Huijsen zijn overleden en hun erfgenamen zijn bereid in der minne de nagelaten boedel te scheiden. Soo is het dat
heden 20-01-1698 Cornelis Killewigh en Lucas Claesz Swart als voogden over het nagelaten weeskind van Jacob Philipsz als erfgenaam van Jan Hendricksz Fit en dienvolgende voor de / van de gehele boedel
Item Pieter Dircksz gehuwd met Willemtge Otten dochter van Tijmentje Lubberts voor 1/3 erfgenaam van voorn. Geertje Lubberts.
Als mede Pieter Lubbertsz gehuwd met Marrege Cornelis, en Neeltje Cornelis kinderen van Weijntje Lubberts mede-erfgenamen voor 1/3 als voren.
En eijndelijck Cornelis Hendricksz, Gijsbert Hendricksz, Pieter Hendricksz Vos gehuwd met Jaepje Hendricks, Gijsbert Claesz gehuwd met Geertje Hendricks, Claes Jansz gehuwd met Neeltje Hendricks, Wobert Fransz gehuwd met Peetje Hendricks,
Marritje Hendricks, Willemtje Hendricks en Tijmentje Hendricks kinderen van Theuntje Lubberts verwekt bij Hendrick Evertsz te samen erfgenamen voor 't laatste 1/3 part van opgemelte Geertje Lubberts. Volgt opsoming van toewijzing
-
ONA-3717A002; 21-01-1699: Testament Wijchertie Wijcherts weduwe van Gerrit Tijmensz wonende tot Huijsen benoemt tot erfgenaam Gerrit Jacobsz Schaap nagelaten zoon van Jannetien Gerrits haar testatrices dochter verweckt bij Jacob Phlipsz,
alsmede aan de nog in leven zijnde susterlingen en susterlinghs kinderen van testatrice en van haar overleden man; tot voogden over Gerrit Jacobsz Schaap stelt zij aan Lucas Claesz Swart en Cornelis Killewigh wonende tot Huijsen
-
ORA-184-3175; 08-11-1702: Vergadering voor de gemene crediteuren van de boedel van Lambert Rutten Doorn, o.a.:
- aan de voogden van het nagelaten weeskind van Jacob Philipsz volgens schepenkennisse d.d. 15.01.1700 een som van f 400,-
-
Naarden S&L-3712-Vreemdelingen; 22-01-1706; Een vreemdeling van afkomst; Sijn over-grootvader was van Emenes-binnendijck
-
Breukelen; Trouwen NG 1675-1811; Bron: Boek 58 - Het Utrechts Archief: Gerrit Jacobsz, j.m. van Huizen, geass. door zijn voogden Kornelis Jacobsz Killewig en Lucas Klaasz Zwart, en Jannetje Peters van Oostveen, j.d., wonende Proosdij Breukelen,
gassisteerd door haar vader Peter Zegersz van Oostveen; 1e gebod 05-03-1713; trouwen: April 1713
-
Huizen-DTB-12-Impost op Trouwen; 10-03-1713: Gerrit Schaep van Huijsen met Jannetje Pieters van Breukel: f 60,-
-
Huizen-Kerkeraad-Folio 193 (58); 21-12-1713:
... ons voorgecomen de Attestatie van Monsr. Gerrit
Schaep van Amsterdam en die van sijn Huijsvrouw
Jannetje van Oostveen vanBreukelen, sijnde
de Laeteste, als niet volleedig, verworpen, en weerom geson-
den, dog egter haer de Communie van 's Heeren Avont-
mael voor dese Reijse toegestaen, met beding van de
volgende bedieninge, Een als dan volleedige te sullen
hebben medegebragt: En wat de Eerste belangt,
dese is wel volleedig bevonden en derhalve ook als soo-
danig aengenomen; Edoch vermits de E: kerkenraad van Amster-
dam, van 't delict van dese Gerrit Schaep voornt.
(hier in bestaende, dat hij een seekere Jonge dogter Judikje
Jansz: hier woonagtig, bevrugt en egter schandelijk verla-
Ten, en een ander, sijn huijvrouw boven gemelt, getrouwt
heeft) t'eenenmael onkundig is geweest, dewijl se hem an-
ders, sonder behoorlijke boete gedaen en kerkelijke Censure
ondergaen te hebben, buijten twijfel sulken Attestatie
niet vergunt souden hebben; soo hebben wij kerkenraed
en opsienders der gemeijnte J.C. alhier, na rijke deli-
beratie in des Heeren weege, goetgevonden en ook beslo-
ten, dat hij Gerrit Schaep om sijn voorgenoemde Schan-
delijk delict voor dese Reijse tot het gebruijk van 's Hee-
ren Avontmael niet sou werden toegelaten; waarop verder
ook ons geconcludeert en besloten is om beneffens mij
Predikant met de twee oudste ouderlingen, Jacob Killewig en
Freek Pietersen na sijnen huijse te gaen en te sien
of hem dit delict van harten liedf was. so Ja, dat hij
de volgende Bedieninge daer op dat des Heeren Avontmael
sou werden toegelaten; En dewijle wij op vorige Resolutie
tot hem gekomen sijnde, tot onse teregte verheugingen
sulken hartelijke Confessie van berouw en Leedwesen
met belofte van sig voortaen, soo veel in hem was als Lede-
maet des Heeren Waerdig te sullen gedragen uijt
sijn Eer: monde gehoort hebben, soo hebben wij hem
tot de volgende Communie van 'Heeren Avondmael
toegelaten.
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 01-04-1714: ingekomen met attestatie: Mr. Gerrit Schaep (Reg. schepen alhier) en Jannetje van Oostveen; n.l. de eerste ban Amsteram, zij van Breukelen; dgh
-
ONA-3730A072; 20-03-1720: Verklaring van Kornelis Killewig oud-buijrmr en Lucas de Swart oud schepen des dorps Huijzen op verzoek van Gerrit Schaap mede oud Buijrmr des Dorps, dat sij comparanten als voogden van de voorn: Schaap, hem in 1713,
toen Schaap meerderjarig werd, een schepenkennisse hebben overhandigd ten laste van Willem Pietersz de Wit gepasseert 05-07-1705 ter grootte van f 2800,- Gepassert binnen Naarden ter presentie van Ysak Willemsz Spilt en Gerrit Sas
-
ORA-184-3177; 15-06-1720: Tot voogden over de kinderen van Jan Rijcksz Velsen, Meeuwis Gijsbertsz Backer en Gerrit Schaep
-
ORA-184-3177; 20-12-1720: Voogden over r het onmondige kint van Gerrit Jacob Teeuwisz genaamt Marritje Gerrits werden gestelt Gerrit Schaap en Willem Koij
-
Huizen-DTB-20-Begraven; 06-03-1721; Gerrit Schaep lidtm: 4, een kloek man van 29 jaar
-
Huizen-DTB-12-Impost op Begraven; 06-03-1721: wegens Gerrit Schaap ontfangen: f 6,-
-
ORA-184-3217A001; 14-03-1721: Juffr. Jannetje Pieters Oostveen weduwe van wijlen Monsr. Gerrit Schaap wonende alhier binnen dezen dorpe verklaarde te magtigen de E. Gerrit Tijmensz Doorn mede wonende alhier ten behoeve van haar te verkopen alle
roerende goederen bestaande in Cattoen, haars garen, seijl rollen als andersints 't geen de ordinaire negotie van haar voorn. man Zaliger enz
-
ORA-184-3179; 16-09-1740: Akte van bewijs. Adriaan de Noij, woonagtig tot Amsterdam, in qualiteijt van Testamentaire voogd van over Jannetje (Gerrits) Schaap, Dogter van wijlen Gerrit Schaap, dewelke alhier tot Huijzen heeft gewoond en ook
overleeden is, dat door Jannetje van Oostveen Weduwe en boedelhouster van den selve Gerrit Schaap sullende zig ten tweeden huijwelijk begeven, aan haar Twee (2) kinderen met name Jacob (Gerritsz) Schaap (26 jaar; geboren 1714) en de voorn:
Jannetje (Gerrits) Schaap (24 jaar; geboren 1716) door henlieden te samen in wettig huwelijk geteelt, was gedaan behoorlijk bewijs . Verzoek tot verkoop deel van de vele ge-erfde landerijen
-
ORA-184-3201A051; 14-10-1740: Adriaan de Noij woonagtig tot Amsterdam als testamentaire voogd over Jannetje Schaap, minderjarige dogter van wijlen Gerrit Schaap, en wijders Jacob Schaap meerderjarige soon van voorn: Gerrit (Jacobsz) Schaap,
hebben vercogt 3 swaden maatland aan Jan Jansz Doorn gelegen in Jan Swarten kamp en wijders het regt van 3 voet voor uijtweg op huijsermaat voor f 1.230,
tr. (2)
met Jannetje Pieters Oostveen van.,
relatie (1).
- Moeder:
Judickien Jans Schaik van, dr. van Johan Cornelisz Schaik van en Weijmptien Jacobs Comin,
geb. op 12-09-1688 te Huijsen; Vader vertrokken naar Oost Indie,
ged. Gereformeerde Gemeente op 12-09-1688 te Huijsen; dgt. Mattien Cornelis huijsvr. v. Jan Mi,
ovl. op 07-02-1771 te Huijzen,
begr. op 07-02-1771 te Huijzen; Pro Deo,
, -
Huizen-DTB-1A-Dopen; 12-09-1688: Judickien, Vader: Johan van Schagen, Barbier, vertrocken na Oosindien, en Moeder: Wijmptien Jacobs; Ter doop gehouden door Hendrickien Jans huijs-vrouw van Gerrit Jacobsen Schoenmaker; Getuige zijnde Mattien
Cornelis, huijsvrouw van Jan Minicus
-
ONA-3718A049; 18-06-1701: Acte van bewijs Wijntie Jacobs weduwe van Joannis van Schaick ter eenre, en Gerrit Jacobsz Commin als oom en mede-voogd nevens Jacob Tijmensz waarvoor zij zich sterk maken over Ariaantie Jans en Judick Jans kinderen
van Wijntie Jacobs en wijlen Joannis van Schaick; getuigen Lambert Killewigh schout en Wijchert Willemsz Plasier
-
Huizen-DTB-1A-Dopen; 24-09-1713; Jannetje; v. Gerrit Schaap, m: Judik Jansz
-
Huizen-Kerkeraad-Folio 193 (58); 21-12-1713:
... ons voorgecomen de Attestatie van Monsr. Gerrit
Schaep van Amsterdam en die van sijn Huijsvrouw
Jannetje van Oostveen vanBreukelen, sijnde
de Laeteste, als niet volleedig, verworpen, en weerom geson-
den, dog egter haer de Communie van 's Heeren Avont-
mael voor dese Reijse toegestaen, met beding van de
volgende bedieninge, Een als dan volleedige te sullen
hebben medegebragt: En wat de Eerste belangt,
dese is wel volleedig bevonden en derhalve ook als soo-
danig aengenomen; Edoch vermits de E: kerkenraad van Amster-
dam, van 't delict van dese Gerrit Schaep voornt.
(hier in bestaende, dat hij een seekere Jonge dogter Judikje
Jansz: hier woonagtig, bevrugt en egter schandelijk verla-
Ten, en een ander, sijn huijvrouw boven gemelt, getrouwt
heeft) t'eenenmael onkundig is geweest, dewijl se hem an-
ders, sonder behoorlijke boete gedaen en kerkelijke Censure
ondergaen te hebben, buijten twijfel sulken Attestatie
niet vergunt souden hebben; soo hebben wij kerkenraed
en opsienders der gemeijnte J.C. alhier, na rijke deli-
beratie in des Heeren weege, goetgevonden en ook beslo-
ten, dat hij Gerrit Schaep om sijn voorgenoemde Schan-
delijk delict voor dese Reijse tot het gebruijk van 's Hee-
ren Avontmael niet sou werden toegelaten; waarop verder
ook ons geconcludeert en besloten is om beneffens mij
Predikant met de twee oudste ouderlingen, Jacob Killewig en
Freek Pietersen na sijnen huijse te gaen en te sien
of hem dit delict van harten liedf was. so Ja, dat hij
de volgende Bedieninge daer op dat des Heeren Avontmael
sou werden toegelaten; En dewijle wij op vorige Resolutie
tot hem gekomen sijnde, tot onse teregte verheugingen
sulken hartelijke Confessie van berouw en Leedwesen
met belofte van sig voortaen, soo veel in hem was als Lede-
maet des Heeren Waerdig te sullen gedragen uijt
sijn Eer: monde gehoort hebben, soo hebben wij hem
tot de volgende Communie van 'Heeren Avondmael
toegelaten.
-
ORA-184-3177; 14-05-1716: Tot voogden over het nagelaten kind van Judick Jans (DOORGEHAALD: althans getrouwd met Swaningh Tijmensz) werden gestelt Jacob Tijmensz en Lambert Hendricksz Visser
-
ORA-184-3216A029; 15-05-1716: Judick Jans hebbende een natuijrlick kind, genaemt Jannetje oud ontrent 3 Jaren ter eenre en Jacob Tijmensz en Lambert Hendricksz Visser als vooghden; aen haer kind schuldigh: f 700
-
ORA-184-3218A078; 11-07-1732: Jacob Jacobsz Glijn en Antonij Duurkant als voogden over het minderjarige kind van Judit Jans, geheten Jannetje, te kennen gevende dat de oude voogden Jacob Tijmensz en Lambert Hendriksz Visser sijn overleden, sij
comparanten van de weduwen van voorn. oude voogden hadden ge-eist reeckeening en bewijs van administratie, sij die hadden ontvangen van Aaltje Jans weduwe Jacob Tijmensz en van Ariaantje Jans weduwe van Lambert Hendriksz Visser alsmede een
obligatie van f 100 ten laste van Swaning Tijmensz en f 600 contant geld
-
Huizen-DTB-7-Grafboek; 07-02-1771: Judik Jansdr: Schaik hisvr. van Swaning Tijmens; Pro Deo,
tr. (2)
met Swaningh Tijmensz Vos.
>